Dit weekend staat de nationale finale biljart op het programma. Die finale vindt dit jaar plaats in Antwerpse Merksem. De Heulense biljartclub De Gilde-Hoger Op is dit jaar goed vertegenwoordigd met twee spelers. Kurt Deceuninck neemt deel aan de finale vrijspel en Stephan Decock waagt zijn kans op het kader 38/2. Ze nemen het elk op tegen vijf tegenstanders in de hoop als winnaar uit de bus te komen.

Bij Kurt Deceuninck zat biljart  al van kleins af aan in het bloed. “Ik denk dat ik op mijn tiende ben begonnen met biljart spelen. Een familielid introduceerde mij in de sport en ik was meteen verkocht.” De bal ging voor Kurt  letterlijk en figuurlijk aan het rollen op deze jonge leeftijd. Toch verschoof de passie voor de sport even naar de achtergrond. “Door bepaalde omstandigheden ben ik tien jaar gestopt met biljart spelen. Zeven jaar geleden heb ik de draad terug opgepikt en me aangesloten bij de Belgische bond.” Ook voor Stephan Decock is de passie al van erg jonge leeftijd aanwezig. “Ik speelde op mijn dertiende al in competitieverband biljart. Na een periode van 20 jaar niet te spelen ben ik ondertussen alweer tien jaar aan het werk.”

Beide spelers trekken ’s avonds graag naar de club en daar heeft Stephan zo zijn redenen voor. “Ik kom bijna dagelijks biljarten in de club samen met mijn vrouw. Het is ook telkens een leuk weerzien met mijn broer die in dezelfde club zit. Er heerst hier een erg leuke en collegiale sfeer.” Kurt traint niet enkel in Heule, maar pikt ook geregeld een training mee bij meervoudig Belgisch kampioen Eddy Leppens. “In Lommel ga ik geregeld trainen bij Eddy leppens. Dit helpt enorm om mijn niveau op te krikken. Je bent nooit oud genoeg om bij te leren en dat geldt zeker in deze sport.” Ook Stephan zet graag de schoonheid van de sport in de verf. “Ik vind biljart een enorm mooie sport. Je bent altijd onder de mensen en je kan je rechtstreeks meten tegenover andere spelers. Het is ook een faire sport waar het puur gaat wie op dat moment de beste is.”

Tijdens het finaleweekend zijn er verschillende reeksen afhankelijk van het niveau van de spelers. In elke reeks zitten zes spelers die allemaal tegen elkaar spelen. Degene die het sterkst presteert komt als winnaar uit de bus. Kurt deed al meerdere malen mee en is voorlopig al succesvol geweest. “Het is al de vierde keer dat ik deelneem aan de nationale finale. Ik wist al twee maal te winnen en eindigde eenmaal op de derde plaats.” Kurt beschikt dus zeker over de nodige ervaring, maar is altijd op zijn hoede tijdens zo’n finale. “Je moet altijd rustig en gefocust blijven in zo een wedstrijden om een resultaat te halen.” Hij is dan ook voorzichtig met het uitspreken van zijn kansen. “Het is op voorhand altijd moeilijk inschatten hoe je zal presteren. Veel hangt af van hoe je je op dat moment voelt, maar uiteraard zou een overwinning een mooie kroon op het vele harde werk zijn.” Mits een overwinning kan Kurt een reeks stijgen en dat is op termijn zeker een doel voor de speler uit Rollegem-Kappelle. “Ik zou graag nog een klasse hoger spelen en met de trainingen die ik nu volg moet dit toch haalbaar zijn.”

Ook Stephan nam al meerdere keren deel aan het finaleweekend en heeft ook al een aardig palmares weten op te bouwen. “Ik heb al zes finales gespeeld en wist er daarvan twee te winnen.” Hij benadrukt dat je top moet zijn om de overwinning in de wacht te slepen. “Het is nooit evident om te winnen, iedereen is aan elkaar gewaagd aangezien iedereen al een gewestelijke finale heeft gewonnen. Het zal moeilijk zijn, maar ik zou graag voor de eerste keer in mijn leven winnen op het kader 38/2.”

Een artikel voor de Krant van West-Vlaanderen.